Zijn stem horen
Marijke en ik hebben een korte periode met ons gezin in Schoorl gewoond. In die tijd was ik voorganger van een Berea Den Helder. Marijke en ik hadden deze gemeente zelf gesticht en hij was in vijf jaar tijd uitgegroeid tot een gemeente van meer dan driehonderd mensen. Naast het leiden van deze gemeente was ik ook betrokken bij het leiderschap van Shelter Haarlem.
Vanuit Shelter kwam in 1994 de vraag of ik het voorgangerschap wilde overnemen. Marijke en ik waren daar om diverse redenen niet enthousiast over. We hadden het heel erg naar onze zin in de gemeente in Den Helder en voelden ons daar helemaal op onze plek. Daarnaast woonden we nog niet zo heel lang in Schoorl en we zagen een nieuwe verhuizing niet zitten. Bart en Naomi, destijds elf en twaalf jaar oud, hadden net hun draai in Schoorl gevonden en Elise, de jongste was nog geen jaar oud. Onze conclusie was dan ook dat het niet verstandig en logisch was om in te gaan op het aanbod van Haarlem.
De leiders van Haarlem bleven echter aandringen en vroegen of we het toch niet wilden overwegen. Uiteindelijk besloten we om een periode van veertien dagen te nemen om ervoor te bidden. Ik maakte mijn agenda zoveel mogelijk vrij, zodat ik de tijd had om in de Schoorlse Duinen te wandelen en te bidden. Om eerlijk te zijn stond ik niet echt open voor het spreken van God, omdat ik in mijn hart al het besluit had genomen om het niet te doen.
Op de derde dag ging ik na een gebedswandeling op het terras van een restaurant zitten om een kopje koffie te drinken. Ik keek uit over het duinlandschap en zat heerlijk ontspannen. Ik dacht even nergens aan en zat te genieten in de tegenwoordigheid van God. En opeens klonk er een stem in mijn hoofd, die zei: ‘Ik wil graag dat jullie naar Haarlem gaan.’ Ik wist onmiddellijk dat het de stem van God was. En er kwam een diepe vrede en blijdschap in mijn hart. Al mijn bezwaren vielen weg, want God had gesproken!
Toen ik even later naar huis wandelde, verdween die blijdschap weer. Ik dacht: hoe vertel ik dit aan Marijke? Ik wist dat zij niet naar Haarlem wilde. Terwijl ik daarover nadacht, zag ik haar in de verte aan komen fietsen. En daar werd ik op dat moment niet blij van. Ik zag er zo tegenop om het haar te vertellen. Ze stopte natuurlijk toen ze bij me was en vroeg of ik een goede tijd had gehad. ‘Ja’, zei ik. ‘En heeft God nog tot je gesproken?’, was haar volgende vraag. Met een brok in mijn keel vertelde ik dat God inderdaad gesproken had en dat ik het erg naar voor haar vond, omdat ik de indruk had dat God van ons vroeg om naar Haarlem te gaan. Tot mijn verbazing lachte Marijke! En weet je wat ze zei? ‘God heeft mij vanochtend in mijn stille tijd hetzelfde gezegd!’
God wil ook met jou spreken over de dingen die je bezighouden. Hij is in jou geïnteresseerd. Hij wil zijn hart met jou delen en je zijn plannen voor jouw leven bekend maken.